Bouletin April 2022

MODELSTATUTEN VOOR EEN PETANQUEVERENIGING (Klik hier voor de Word-versie)
 Artikel 1        NAAM EN OPRICHTINGSDATUM
De vereniging draagt de naam: Langedijker Pétanqueclub “Les Mille Iles” (hierna te noemen: “de vereniging”). De vereniging is opgericht op: 1 oktober 1987   

Artikel 2        ZETEL EN INSCHRIJVING
  1. De vereniging heeft haar zetel in de gemeente: Dijk en Waard.
  2. De vereniging en de bestuursleden zijn ingeschreven in het handelsregister.
Artikel 3        Doel
  1. De vereniging stelt zich ten doel het doen beoefenen en het be­vorderen van de petanque en/of jeu-de-boulessport in al zijn verschijningsvormen.
  2. De vereniging tracht dit doel onder meer te bereiken door:
    a. het lidmaatschap te verwerven van de Nederlandse Jeu de Boules Bond, hierna aan te duiden als: de bond;
    b. leden te enthousiasmeren en in de gelegenheid te stellen deel te nemen aan door de bond georganiseerde of goed­ge­keurde toernooien en competities;
    c. toernooien te organiseren;
    d. evenementen op het gebied van de petanquesport te organiseren;
    e. het bevorderen van de totstandkoming en instandhouding van accommodaties voor het beoefenen van de petanque en/of jeu-de-boulessport.
Artikel 4      Inrichting
  1. Organen van de vereniging zijn: het bestuur en de Algemene Vergadering, alsmede alle overige personen en commissies die krachtens de statuten door de Algemene Vergadering zijn belast met een nader omschreven taak en aan wie daarbij door de Algemene Vergadering beslissingsbevoegdheid is toegekend.
  2. De vereniging kent in elk geval een kascommissie, zoals bedoeld in artikel 15 lid 4.
  3. De organen van de vereniging als bedoeld in lid 1 bezitten geen rechtspersoonlijkheid.
Artikel 5        Leden
  1. Leden van de vereniging zijn de natuurlijke personen, die:
    a. door het bestuur tot het lidmaatschap zijn toegelaten en;
    b. als lid van de vereniging bij de bond zijn ingeschreven en een licentie dan wel speelgerechtigdheidsbewijs hebben verkregen.
  2. Personen, die door de bond zijn geroyeerd kunnen geen lid zijn van de vereniging.
  3. Op voorstel van het bestuur kan de Algemene Vergadering een lid wegens zijn bijzondere verdiensten voor de vereniging het predicaat “erelid” verlenen.
  4. Het bestuur houdt een register bij waarin onder andere de namen, adres­sen, (indien mogelijk) een telefoonnummer en persoonlijk e-mailadres en het inschrijvingsnummer van de leden bij de bond zijn opgenomen. In het register worden alleen die gegevens bijgehouden die voor het realiseren van het doel van de vereniging noodzakelijk zijn.
  5. Het bestuur kan na een voorafgaand besluit van de Algemene Vergadering geregistreerde gegevens aan derden verstrekken, behalve van het lid dat tegen deze verstrekking bij het bestuur schriftelijk bezwaar heeft gemaakt. De verplichting om de Algemene Vergadering hierover te laten besluiten en het recht op bezwaar geldt niet voor de noodzakelijk door de vereniging aan derden te verstrekken gegevens, waaronder de verstrekking van de gegevens aan de bond en de gegevens die aan overheden of (publiekrechtelijke) instellingen dienen te worden verstrekt in verband met een wettelijke verplichting.
Artikel 6        Lidmaatschap
  1. Het bestuur beslist over de toelating van leden. Nadere regels over de aanmelding en toelating kunnen worden gesteld bij besluit van het bestuur en/of bij reglement.
  2. Bij niet-toelating als lid kan de Algemene Vergadering, al dan niet op verzoek van het kandidaat-lid, alsnog tot toelating besluiten.
  3. Het bestuur is verplicht om elk lid van de vereniging dat het recht heeft bij de vereniging de petanquesport te beoefenen bij de bond aan te melden. Door aanmelding bij de vereniging machtigt het lid de vereniging om het aan te melden bij de bond.
  4. Tot het lidmaatschap van de vereniging kunnen niet worden toegelaten degenen, die niet tot het lidmaatschap van de bond worden toegelaten, of van wie de bond het lidmaatschap heeft beëindigd.
  5. Het lidmaatschap eindigt door:
    a. het overlijden van het lid;
    b. schriftelijke opzegging door het lid aan het bestuur;
    c. opzegging namens de vereniging;
    d. ontzetting (royement) namens de vereniging;
  6. Opzegging namens de vereniging is slechts mogelijk, indien:
    a. een lid heeft opgehouden aan de statutaire vereisten­ van het lidmaatschap te voldoen, of;
    b. van de vereniging in redelijkheid niet kan worden gevergd het lidmaatschap te laten voortduren.
  7. Ontzetting is slechts mogelijk, indien:
    a. het lid heeft gehandeld in strijd met de statuten, de reglemen­ten of de besluiten van de vereniging of;
    b. de vereniging op onredelijke wijze heeft benadeeld.
  8. Opzegging en ontzetting namens de vereniging geschieden door het bestuur, behoudens het gestelde onder lid 9, met onmiddellijke in­gang, door schrifte­lijke ken­nisgeving door middel van een schrijven met ont­­­vangstbevestiging, welk de redenen van het bestuursbesluit bevat.
  9. Tegen een bestuursbesluit tot ontzetting en tegen een be­sluit tot opzegging op grond van lid 6, onder 2, staat binnen één maand na ontvangst van de kennisgeving van het bestuursbe­sluit beroep open op de eerstvolgende Algemene Verga­dering. Betrokkene blijft na het bestuurs­besluit geschorst tot de uit­spraak op het beroep door de Algemene Vergadering. Indien de Algemene Vergadering het bestuursbesluit be­krach­tigt, eindigt het lidmaatschap aanstonds.
  10. Opzegging door het lid is mogelijk binnen één maand nadat:
    a. een besluit van de vereni­ging, waar­bij de rechten van de le­den zijn beperkt of hun verplich­tingen zijn ver­zwaard aan het lid bekend is geworden of aan de leden is medege­deeld; het be­sluit is dan niet op het lid van toepassing. Tot een derge­lijke opzegging is het lid niet bevoegd, voor zo­ver het besluit de gelde­lijke verplichtin­gen van alle leden ver­zwaart;
    b. een besluit tot omzetting van de vereniging in een andere rechtsvorm of tot fusie van de vereniging aan hem is bekend geworden of aan de leden is medege­­­deeld.
  11. Opzegging door het lid is mogelijk tegen het eind van het ver­enigingsjaar met een opzegtermijn van een maand;
  12. Wanneer het lidmaatschap in de loop van het verenigingsjaar ein­digt, blijft niettemin de bijdrage voor het gehele verenigings­jaar ver­schuldigd.
Artikel 7        Algemene rechten en plichten van de leden
  1. Een lid heeft, zolang het niet is geschorst, het recht deel te nemen aan:
    a. de Algemene Vergadering;
    Een lid dat is geschorst kan evenwel deelnemen aan de Alge­mene Vergadering om daarin voor zijn verdediging het woord te voeren. Dit betreft de Algemene vergadering waarin zijn schor­singsbesluit aan de orde komt.
    b. alle door de vereniging georganiseerde activiteiten, voor zover het aan de toelatingsvereisten van die activiteit voldoet.
    De leden genieten de rechten, die zijn verbonden aan hun inschrijving bij de bond.
  1. De leden zijn verplicht:
    a. de statuten, reglementen en besluiten van de organen van de vereniging na te leven;
    b. de belangen van de vereniging en van de bond niet te schaden en de vereniging of de bond niet onredelijk te benadelen;
    c. de statuten, reglementen en besluiten van organen van de bond na te leven;
    d. de statuten, reglementen en besluiten van de Stichting Instituut Sportrechtspraak na te leven indien en voor de duur dat de bond het uitoefenen van tuchtrechtspraak heeft opgedragen aan voornoemde stichting;
    e. alle verplichtingen te aanvaarden en na te leven, welke de vereniging in naam of ten behoeve van de leden aangaat of welke uit het lidmaatschap van de vereniging voortvloeien.
  2. Behalve in deze statuten kunnen aan de leden verplichtingen opgelegd worden bij reglement, (gedrags-)code of bij besluit van het bestuur of van de Algemene Vergadering. De verplichtingen kunnen ook inhouden, naast financiële verplichtingen, het uitvoeren van vrijwilligerswerkzaamheden ten behoeve van de vereniging.
  3. Het bestuur van de vereniging kan in naam van de leden verplichtingen tegenover derden aangaan, uitsluitend voor zover de Algemene Vergadering het bestuur daartoe vertegenwoordigingsbevoegd heeft verklaard.
Artikel 8      Contributie en andere verplichtingen
  1. De leden (met uitzondering van ereleden) zijn gehouden tot het betalen van een jaarlijkse bijdrage (contributie), die door de Algemene Vergadering wordt vastgesteld. Zij kunnen daartoe in categorieën worden ingedeeld die een verschillende bijdrage betalen.
  2. Het bestuur is bevoegd in bijzondere gevallen gehele of gedeeltelijke ontheffing van de verplichting tot het betalen van een bijdrage te verlenen.
  3. Bij tussentijdse beëindiging van het lidmaatschap blijven naast de verplichting tot betaling van de contributie de eventuele nadere verplichtingen tot aan het eind van het verenigingsjaar bestaan. In bijzondere situaties kan het bestuur hiervan afwijken.
  4. Een lid is verplicht zijn financiële verplichtingen op de door de vereniging aangegeven datum (de vervaldatum) te voldoen. Indien het lid een maand na de vervaldatum niet geheel aan zijn financiële verplichtingen heeft voldaan, is het vanaf die datum zonder recht van beroep uitgesloten van deelname aan de activiteiten van de vereniging totdat het geheel aan zijn financiële verplichtingen heeft voldaan. Gedurende die periode kan het lid in de vereniging geen rechten uitoefenen en blijft het verplicht te voldoen aan alle verplichtingen welke uit het lidmaatschap voortvloeien.
  5. Indien een lid niet tijdig voldoet aan zijn financiële verplichtingen tegenover de vereniging, is het lid vanaf de vervaldatum over het verschuldigde bedrag de wettelijke rente verschuldigd. Blijft het lid geheel of gedeeltelijk in gebreke, nadat hem een nieuwe termijn voor betaling is gegund, dan is het lid behalve de wettelijke rente ook het wettelijke percentage incassokosten over het oorspronkelijke bedrag verschuldigd. Volhardt het lid in zijn verzuim, dan is hij naast de wettelijke rente en genoemde incassokosten ook alle redelijkerwijs voor de inning van zijn schuld aan de vereniging door een advocaat of deurwaarder gemaakte kosten verschuldigd, tenzij de rechter anders beslist.
  6. Leden onthouden zich tegenover andere leden van elke vorm van seksueel gedrag of seksuele toenadering, in verbale, non-verbale of fysieke zin, alsmede van (verbaal) geweld, racistische uitlatingen e.d., opzettelijk of onopzettelijk, die door het andere lid, dat het ondergaat, als ongewenst of gedwongen wordt ervaren. Het in strijd handelen met deze bepaling geldt als strafbaar handelen zoals bedoeld in artikel 9 lid 1.
Artikel 9        Tuchtrechtspraak
  1. Strafbaar is elk handelen of nalaten in strijd met de statuten, reglementen, (gedrags-) codes en/of besluiten van organen van de vereniging waardoor de belangen van de vereniging worden geschaad.
  2. Tevens is strafbaar elk handelen of nalaten dat in strijd is met de statuten, reglementen en/of met besluiten van organen van de bond, of waardoor de belangen van de petanquesport in het algemeen en van de bond in het bijzonder worden geschaad.
  3. Voor zover de toepassing van het tuchtrecht niet aan een tuchtcom­missie is opgedragen, is het bestuur bevoegd om in het geval van overtredingen als bedoeld in het eerste en tweede lid de volgende straffen op te leggen:
    a. berisping;
    b. tuchtrechtelijke boetes;
    c. schorsing;
    d. ontzetting (royement).
  4. Tuchtrechtelijke boetes kunnen, voor zover in een afzonder­lijk reglement tuchtrechtspraak niet anders is bepaald, worden opge­legd tot een bedrag van ten hoogste tweemaal het jaarlijk­se contributiebedrag.
  5. Een schorsing kan worden opgelegd voor de periode van ten hoogste zes maanden; het schorsingsbesluit vermeldt aan wel­ke van de onder artikel 7 eerste lid onder b. genoem­de activiteiten het ge­schorste lid niet kan deelnemen.
 
Artikel 10      Bestuur
  1. a. Het bestuur bestaat uit ten minste drie meerderjarige personen, die door de Algemene Vergadering worden benoemd. De benoeming geschiedt uit de leden van de vereniging. Het aantal bestuurs­le­den wordt vastgesteld door de Algemene Vergadering op voordracht van het bestuur.
    b. Indien het aantal bestuursleden onder de drie is gedaald blijft het bestuur bevoegd. In geval van een vacature is het bestuur verplicht zo spoedig mogelijk een Algemene Vergadering te beleggen om in de vacature te voor­zien.
    c. Bestuursleden worden benoemd, ontslagen of geschorst door de Algeme­ne Vergadering.
    d. De voorzitter wordt in functie gekozen.
  2. Het bestuur en een zodanig aantal leden als bevoegd is tot het uitbrengen van een tiende gedeelte der stemmen tijdens de Algemene Vergadering, zijn bevoegd voor de benoeming van een bestuurslid een voor­dracht op te maken. Een voordracht voor de benoeming van een bestuurslid door het be­stuur wordt bij de oproeping tot de vergadering mede­ge­deeld. Een voordracht voor de benoeming van een bestuurslid door de le­den wordt ten minste 24 uur voor de vergadering bij het bestuur inge­diend.
  3. Indien de voordracht één kandidaat voor een te vervullen plaats bevat, heeft een besluit over de voordracht tot gevolg dat de kandidaat benoemd is, tenzij het bindende karakter aan de voordracht wordt ontnomen. Is geen voordracht opgemaakt, dan is de Algemene Vergade­ring vrij in haar keuze.
  4. Het lidmaatschap van het bestuur is onverenigbaar met het lidmaatschap van:
    – de kascommissie;       
 
Artikel 11    Bestuursfuncties en besluitvorming van het bestuur
  1. Naast de door de Algemene Vergadering benoemde voorzitter, verdeelt het bestuur in zijn eerste bestuursvergadering na de bestuursverkiezing de overige func­ties en stelt het voor elk bestuurslid diens taak vast. Van de vastge­stelde taak- en functieverdeling doet het bestuur schriftelijk mededeling aan alle leden. Zie functionerings-omschrijvingen (bijlagen)
  1. Tenzij het bestuur anders bepaalt, vergadert het bestuur wanneer de voorzitter of ten minste twee andere leden dit verlan­gen.
  2. In een bestuursvergadering kunnen slechts besluiten worden geno­men, indien de meerderheid van de in functie zijnde bestuursleden aanwezig is.
  3. Het bestuur kan ook buiten de vergadering besluiten nemen, indien geen bestuurslid zich tegen deze wijze van besluit­vor­ming verzet en indien alle bestuursleden aan deze be­­­­sluitvor­ming deelnemen.
  4. a. Besluiten, daaronder begrepen de besluiten zoals bedoeld in lid 4, worden genomen met een meerderheid van de uitge­brachte geldige stemmen, mits voor wat de in de vergadering genomen besluiten betreft de meerderheid van de in functie zijnde bestuursleden aanwezig is;
    b. blanco stemmen zijn ongeldig.
  5. Over elk voorstel wordt afzonderlijk en mondeling gestemd, tenzij de voorzitter of een bestuurslid anders wenst. Een bestuurslid heeft in de vergadering één stem.
  6. a. Het door de voorzitter uitgesproken oordeel, dat door het be­stuur een besluit is genomen is beslissend. Hetzelfde geldt voor de inhoud van een genomen besluit, voor­ zover gestemd werd over de inhoud van een niet schrifte­lijk vast­gelegd voorstel.
    b. Wordt echter onmiddellijk na het onder a. bedoelde oor­deel de juistheid daarvan betwist, dan wordt zo nodig het te nemen be­sluit schriftelijk vastgelegd en vindt een nieuwe stemming plaats, indien een bestuurslid dit ver­langt.
    Door deze nieuwe stemming vervallen de rechtsgevolgen van de oorspronkelijke stemming.
  1. Van het verhandelde in elke vergadering worden door de se­cretaris of een door het bestuur aangewezen notulist notu­len gemaakt, die in de volgende vergadering worden vastge­steld.
  2. Een bestuurslid neemt niet deel aan de beraadslaging en besluitvorming indien hij daarbij een direct of indirect persoonlijk belang heeft dat tegenstrijdig is met het belang van de vereniging.
  3. Bij huishoudelijk reglement kunnen nadere regelen aangaande de vergaderingen van en de besluitvorming door het bestuur worden gegeven.
Artikel 12      Bestuurstaak en vertegenwoordiging
  1. Behoudens de beperkingen volgens de statuten is het bestuur be­last met het besturen van de vereniging.
  2. Bij de vervulling van hun taak richten de bestuursleden zich naar het belang van de vereniging en de daarmee verbonden organisatie.
  3. Het bestuur stelt een adequaat controlesysteem op. Met betrekking tot betalingen worden investeringen meer dan € 500.= ter goedkeuring aan het voltallige bestuur voorgelegd.
    Alle mutaties van vaste lasten worden in bestuursvergadering gemeld.
  4. Ieder bestuurslid is tegenover de vereniging gehouden tot een behoorlijke vervulling van de aan het bestuurslid opgedragen taak. Indien deze een aangelegenheid betreft die tot de werkkring van twee of meer bestuursleden behoort, is ieder van hen geheel aansprakelijk ter zake van een tekortkoming, tenzij deze niet aan hem is te wijten en hij niet nalatig is geweest in het treffen van maatregelen om de gevolgen daarvan af te wenden.
  5. Het bestuur is bevoegd onder zijn verantwoordelijkheid on­derdelen van zijn taak te doen uitvoeren door commissies, die door het bestuur worden benoemd en ontslagen.
  6. Het bestuur is bevoegd uitgaven te doen binnen de door de Algemene Vergadering vastgestelde begroting. Bij overschrijding van de begroting met meer dan 10% dient voorafgaande goedkeuring van de Algemene Vergadering te worden verkregen.
  7. Het bestuur is, mits met goedkeuring van de Algemene Vergadering, bevoegd tot het sluiten van overeenkomsten tot het kopen, vervreemden of bezwaren van registergoederen, het sluiten van overeenkomsten waarbij de vereniging zich als borg of hoofdelijk medeschuldenaar verbindt, zich voor een derde sterk maakt of zich tot zekerheidstelling voor een schuld van een derde verbindt.
    Op het ontbreken van deze goedkeuring kan door derden geen beroep worden gedaan.
  1. Het bestuur behoeft eveneens goedkeuring van de Algemene Vergadering voor besluiten tot:
    a. het aangaan van overeenkomsten, waarbij aan de vereniging een bankkrediet wordt verleend;
    b. het ter leen verstrekken van gelden, alsmede het ter leen opnemen van gelden;
    c. het sluiten en wijzigen van arbeidsovereenkomsten.
    Op het ontbreken van deze goedkeuringen kan door en tegen derden geen beroep worden gedaan.
Artikel 13      Vertegenwoordiging
  1. Het bestuur vertegenwoordigt de vereniging, voor zover uit de wet niet anders voortvloeit.
  2. a. De vereniging wordt voorts in en buiten rechte vertegenwoordigd door de voorzitter tezamen met de secretaris of tezamen met de penningmeester, dan wel bij afwezigheid van één van de genoemden tezamen met een ander bestuurslid.
  3. Het bestuur is bevoegd aan anderen een schriftelijke volmacht te verlenen, op grond waarvan deze bevoegd zijn de vereniging in de in de volmacht omschreven gevallen te vertegenwoordigen.
  4. a. De bevoegdheid tot vertegenwoordiging die aan het bestuur of aan bestuursleden toekomt, is onbeperkt en onvoorwaardelijk, voor zover uit de wet niet anders voortvloeit. Een wettelijk toegelaten of voorgeschreven beperking van of voorwaarde voor de bevoegdheid tot vertegenwoordiging kan slechts door de vereniging worden ingeroepen.
  5. De uitsluiting, beperkingen en voorwaarden gelden mede voor de bevoegdheid tot vertegenwoordiging van de vereniging met betrekking tot de in artikel 12 lid 7 en 8 bedoelde handelingen.
  6. Bestuursleden aan wie krachtens de statuten of op grond van een volmacht vertegenwoordigingsbevoegdheid is toegekend, oefenen deze bevoegdheid niet uit dan nadat tevoren een bestuursbesluit is genomen waarbij tot het aangaan van de desbetreffende rechtshandeling is besloten.
Artikel 14    Schorsing bestuursleden en einde bestuurslidmaatschap
  1. Elk bestuurslid, ook indien het voor een bepaalde tijd is benoemd, kan te allen tijde door de Algemene Vergadering worden ontslagen of geschorst. Een schorsing die niet binnen drie maanden gevolgd wordt door een besluit tot ontslag, eindigt door het verloop van die termijn.
  2. Elk bestuurslid treedt uiterlijk drie jaar na zijn benoeming af, volgens een door het bestuur op te maken rooster van aftreding. De aftredende is herkiesbaar; wie in een tussentijdse vacature wordt benoemd, neemt op het rooster de plaats van zijn voorganger in.
  3. Het bestuurslidmaatschap eindigt voorts:
    a. door het eindigen van het lidmaatschap van de vereniging;
    b. door het aanvaarden van een functie die onverenigbaar is met het bestuurslidmaatschap;
    c. door bedanken.
Artikel 15     Jaarverslag, rekening en verantwoording
  1. Het verenigingsjaar loopt van één januari tot en met eenendertig december.
  2. Het bestuur is verplicht van de vermogenstoestand van de vereni­ging zodanig aantekening te houden dat daaruit te allen tijde haar rechten en verplichtingen kunnen worden gekend.
  3. Het bestuur brengt in de Algemene Vergadering binnen zes maanden na afloop van het verenigingsjaar, behoudens ver­len­ging van deze termijn door de Algemene Vergadering, zijn jaarverslag uit over de gang van zaken binnen de vereniging en over het gevoerde be­leid en legt een balans per ultimo van het afgelopen boek­jaar en een staat van baten en lasten over dat boekjaar met toelich­ting aan de vergadering over. Deze stukken worden onderte­kend door de bestuursleden; ontbreekt de ondertekening van één of meer hunner dan wordt daarvan onder opgaaf van redenen melding ge­maakt. Na verloop van de termijn kan ieder lid deze rekening en verantwoording in rechte van het bestuur vorderen.
  4. a. De Algemene vergadering benoemt jaarlijks uit de leden een kascommissie bestaande uit ten minste twee leden en een plaats­vervangend lid; deze leden mogen geen deel uitmaken van het bestuur.
    b. De kascommissie onderzoekt de rekening en verantwoording van het bestuur en brengt aan de Algemene Vergadering verslag van haar bevindingen uit.
  5. Vereist het onderzoek van de rekening en verantwoording bijzonde­re boekhoudkundige kennis, dan kan de kascommissie zich door een deskundige doen bijstaan. Het bestuur is verplicht aan de kascommissie alle door haar gewenste inlichtingen te verschaffen, haar desgewenst de kas en de waarden te tonen en inzage van de boeken en be­scheiden der vereniging te geven.
  6. De last van de kascommissie kan te allen tijde door de Al­gemene Vergadering worden herroepen, doch slechts door de benoeming van een andere kascommissie.
  7. Goedkeuring door de Algemene Vergadering van de balans en van de staat van baten en lasten met toelichting gebeurt nadat is kennisgenomen van het verslag de verklaringen van de kascommissie. Goedkeuring strekt het bestuur niet tot décharge voor alle handelingen die uit die stukken blijken. Hierover zal separaat worden besloten.
  8. Het bestuur is verplicht de bescheiden als bedoeld in het tweede en derde lid en het door de kascommissie uitgebrachte verslag zeven jaar lang te bewaren.
Artikel 16     Algemene Vergadering
  1. Aan de Algemene Vergadering komen in de vereniging alle be­voegd­heden toe, die niet door de wet of de statuten aan het be­stuur zijn opgedragen.
  2. a. De Algemene Vergadering wordt bijeengeroepen door het bestuur. De oproeping ge­­s­chiedt schriftelijk bij ieder lid, zo­als dit voor­komt in het ledenregister als bedoeld in artikel 5, vierde lid.
    b. Bij de oproeping wordt tevens de agenda overlegd.
  3. Jaarlijks, uiterlijk zes maanden na afloop van het vereni­gings­jaar, wordt een Algemene Vergadering – de jaarvergade­ring – gehouden. In de jaarvergadering komen onder meer aan de orde:
    a. het jaarverslag en de rekening en verantwoording bedoeld in artikel 15, tezamen met het verslag van de kascommis­sie;
    b. de benoeming van de kascommissie voor het volgende ver­eni­gingsjaar;
    c. de voorziening in eventuele vacatures van het bestuur;
    d. voorstellen van het bestuur of de leden, aangekondigd bij de oproeping voor de vergadering.
    e. vaststelling van de begroting voor het volgende verenigingsjaar met daarbij vaststelling van de contributie en andere bijdragen;
    f. vaststelling van overige verplichtingen voor leden.
  4. Andere Algemene Vergaderingen worden gehouden zo dikwijls als het bestuur dit wenselijk oordeelt.
  5. Voorts is het bestuur op schriftelijk verzoek van ten ­min­ste een zodanig aantal leden als bevoegd is tot het uitbrengen van een tiende gedeelte der stemmen in de Algemene Vergade­ring, verplicht tot het bijeenroepen van een Algemene Verga­dering op een termijn van niet langer dan vier weken na indiening van het verzoek.
  6. Indien aan het verzoek binnen veertien dagen geen gevolg is gegeven, kunnen de verzoekers zelf tot die bijeenroe­ping over­gaan; een dergelijke oproeping kan zo nodig wor­den gedaan bij advertentie in ten minste één ter plaat­se waar de vereni­ging is gevestigd, veel gelezen dagblad. De verzoekers kunnen, indien de oproeping anders dan door het bestuur heeft plaatsgevonden, anderen dan de bestuurs­leden belasten met de leiding van de Algemene Vergadering en met het opstellen van de notulen.
Artikel 17      Toegang tot en stemrecht in de Algemene Vergadering
  1. Toegang tot de Algemene Vergadering hebben alle leden van de vereniging, die niet zijn geschorst als lid of als be­stuurs­lid; een geschorst lid of geschorst be­stuurslid heeft toegang tot de Algemene Vergadering waar­in het besluit tot die schor­sing wordt behandeld en is be­voegd daarover het woord te voe­ren.
  1. De voorzitter kan tevens toegang verlenen aan andere dan in lid 1 genoemde personen.
  2. Alleen de in het eerste lid bedoelde leden zijn, voor zover zij niet zijn geschorst als lid of als be­stuurslid, stemgerechtigd. Ieder lid heeft één stem
  3. Ieder stemgerechtigd lid is bevoegd zijn stem te doen uitbren­gen door een schriftelijk gemachtigd ander stem­ge­rechtigd lid; een stemgerechtigd lid kan naast zijn eigen stem slechts twee stemmen als gemachtigde uitbrengen.
  4. De uitoefening van het stemrecht van minderjarige leden komt uitsluitend toe aan hun wettelijk vertegenwoordiger.
  5. Stemgerechtigde leden kunnen in de Algemene Vergadering hun stemrecht uitoefenen door middel van een elektronisch communicatiemiddel. Het bestuur kan hieraan nadere voorwaarden verbinden of besluiten dat deze mogelijkheid voor een bepaalde Algemene Vergadering niet wordt geboden.
  6. Onverminderd het stemrecht als lid hebben bestuursleden in de Algemene Vergadering een raadgevende stem.
Artikel 18    Algemene Vergadering – Besluitvorming
  1. Het tijdens de Algemene Vergadering door de voorzitter uitgesproken oordeel, dat door de Algemene Vergadering een besluit is genomen is beslissend. Hetzelfde geldt voor de inhoud van een genomen besluit, voor zover gestemd werd over de inhoud van een niet schriftelijk vastgelegd voorstel.
  2. Wordt echter onmiddellijk na het in het eerste lid bedoelde oor­deel de juistheid daarvan betwist, dan wordt zo nodig het te nemen be­sluit schriftelijk vastgelegd en vindt een nieuwe stemming plaats, indien een lid dit ver­langt. Door deze nieuwe stemming vervallen de rechtsgevolgen van de oorspronkelijke stemming.
  3. Tenzij anders in deze statuten is bepaald, worden be­slui­ten van de Algemene Vergadering genomen met een volstrekte meerderheid van de uitgebrachte geldige stem­men.
  4. Ongeldig zijn stemmen, die naar het oordeel van de voorzitter:
    a. blanco zijn;
    b. ondertekend zijn;
    c. onbegrijpbaar zijn;
    d. bij stemming over personen een persoon niet duidelijk aan­wijzen;
    e. de naam bevatten van een persoon, die niet kandidaat is ge­steld;
    f. voor een verkiesbare plaats meer dan één persoon aanwijzen;
    g. meer bevatten dan een duidelijke aanwijzing van de persoon, die is bedoeld.
  5. Indien bij een verkiezing van personen niemand de volstrekte meerderheid heeft verkregen, heeft een tweede stemming, of ingeval van een bindende voordracht, een tweede stemming tussen de voorgedragen kandidaten plaats. Heeft alsdan opnieuw niemand de volstrekte meerderheid kregen, dan vinden herstemmingen plaats, tot dat hetzij één persoon de volstrekte meerderheid heeft verkregen, hetzij tussen twee personen is gestemd en de stemmen staken. Bij gemelde herstemming (waaronder niet is begrepen de tweede stemming) wordt telkens gestemd tussen de personen, op wie bij de voorgaande stemming is gestemd, evenwel uitgezonderd de persoon, op wie bij die voorafgaande stemming het geringste aantal stemmen is uitgebracht. Is bij de voorafgaande stemming het geringste aantal stemmen op meer dan één persoon uitgebracht, dan wordt door loting uitgemaakt, op wie van die personen bij de nieuwe stemming geen stemmen meer kunnen worden uitgebracht.
    Ingeval bij een stemming tussen twee personen de stemmen staken, beslist het lot wie van beiden is gekozen.
  1. Indien de stemmen staken over een voorstel, dat niet de verkie­zing van personen betreft, is het voorstel verworpen.
  2. Alle stemmingen over zaken geschieden mondeling, tenzij de voorzitter een schriftelijke stemming gewenst acht of één der stemgerechtigden zulks vóór de stemming verlangt. Alle stemmingen over personen geschieden schriftelijk. Schriftelijke stemming geschiedt bij ongetekende, gesloten briefjes. Besluitvorming bij acclamatie is mogelijk, tenzij een stemgerechtigde hoofdelijke stemming verlangt.
  3. Bij éénstemmig besluit van alle leden, ook al zijn deze niet in een vergadering bijeen, heeft, mits met voorkennis van het bestuur genomen, dezelfde kracht als een besluit van de Algemene Vergadering.
  4. Zolang in een Algemene Vergadering alle leden aanwezig zijn, kunnen geldige besluiten worden genomen, mits met algemene stemmen, omtrent alle aan de orde komende onderwerpen – dus mede een voorstel tot statutenwijziging of tot ontbinding – ook al heeft geen oproeping plaatsgehad of is deze niet op de voorgeschreven wijze geschied of is enig ander voorschrift omtrent het oproepen en houden van vergaderingen of een daarmee verband houdende formaliteit niet in acht genomen.
Artikel 19      Voorzitterschap, notulen van de Algemene Vergadering
  1. De Algemene Vergadering wordt geleid door de voorzitter van de vereniging of zijn plaatsvervan­ger. Ontbreken de voorzitter en zijn plaatsver­vanger, dan treedt één der andere, door het be­stuur aan te wijzen, bestuursleden op als voorzitter. Wordt ook op deze wijze niet in het voorzitterschap voor­zien, dan voorziet de vergadering daarin.
  2. Van het verhandelde in elke Algemene Vergadering wordt door de secretaris of een door de voorzitter daartoe aange­wezen notulist notulen gemaakt, die worden vastgesteld bij de eerstvolgende vergadering.
De inhoud van de notulen wordt binnen vier weken na afloop van de Algemene Vergadering ter kennis van de leden ge­bracht.
Artikel 20      Statutenwijziging
  1. De statuten kunnen slechts worden gewijzigd door een be­sluit van een Algemene Vergadering, waartoe is opgeroepen met de mededeling dat aldaar wijziging van de statuten zal worden voorgesteld.
  2. Zij, die de oproeping tot een Algemene Vergadering als bedoeld in het eerste lid hebben gedaan, moeten ten minste veertien dagen voor die Algemene Vergadering een afschrift van het voorstel tot wijziging van de statuten, bevattende de letterlijke tekst van het gewijzigde deel der statuten, op een daartoe geschikte plaats voor de leden ter inzage leggen tot na de afloop van de dag waar­op de Algemene Vergadering zal zijn gehouden. Bovendien wordt een afschrift als hiervoor bedoeld aan de leden toegezonden, op de wijze als bedoeld in artikel 16, tweede lid sub a.
  3. Een besluit tot statutenwijziging behoeft ten minste twee derde van de uitgebrachte geldige stemmen.
  4. Een statutenwijziging treedt niet in werking dan nadat:
  5. het bestuur van de bond schriftelijk te kennen heeft gegeven geen bezwaar te hebben tegen de voorgestelde statutenwijziging, en:
  6. hier­van een notariële akte is opgemaakt.
Artikel 21      Ontbinding en vereffening
  1. De vereniging kan worden ontbonden door een besluit van de Algemene Vergadering. Het bepaalde in de leden 1 en 2 van het voorgaande artikel is van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat een besluit tot ontbinding, slechts genomen kan worden met een meerderheid van ten minste twee derde (2/3) van de uitgebrachte stemmen, in een vergadering waarin ten minste twee derde (2/3) van de leden tegenwoordig of vertegenwoordigd is. Is niet twee derde (2/3) van de leden tegenwoordig of vertegenwoordigd, dan wordt binnen vier weken daarna een tweede vergadering bijeengeroepen en gehouden, waarin over het voorstel zoals dat in de vorige vergadering aan de orde is geweest, ongeacht het aantal tegenwoordige of vertegenwoordigde leden, kan worden besloten, mits met een meerderheid van ten minste twee derde (2/3) van de uitgebrachte stemmen.
  2. Tenzij de Algemene Vergadering anders besluit geschiedt de veref­fening door het bestuur.
  3. Een eventueel batig saldo zal toevallen aan een instelling met een soortgelijk doel als dat van de vereniging of een instelling welke uitsluitend een maatschappelijk belang beoogt.
  4. De Algemene Vergadering bepaalt de bestemming van een eventueel batig saldo.
  5. Na de ontbinding blijft de vereniging voortbestaan voor zover dit tot vereffening van haar vermogen nodig is. Gedurende de vereffening blijven de bepalingen van de statuten en reglementen voor zover mogelijk van kracht. In stukken en aankondigingen die van de vereniging uitgaan moeten aan haar naam worden toegevoegd de woorden “in liquidatie”.
Artikel 22      Huishoudelijk reglement en andere reglementen
  1. De Algemene Vergadering kan een huishoudelijk reglement vaststel­len.
  2. Overige reglementen kunnen worden vastgesteld door de Algemene Vergadering of het bestuur.
  3. Reglementen mogen niet in strijd zijn met de wet, ook waar die geen dwingend recht bevat, noch met de statuten, het huishoudelijk reglement of een besluit van een orgaan van de bond.
Artikel 23      Slotbepaling
  1. In alle gevallen, waarin de statuten of het huishoudelijk regle­ment niet voorzien, beslist de Algemene Vergadering.
  2. Alle officiële mededelingen van de vereniging worden bekend gemaakt op de website van de vereniging of op een andere door het bestuur bepaalde wijze.
  3. Onder oproep, bijeenroepen, (schriftelijke) uitlating of mededeling of kennisgeving wordt tevens verstaan: een bericht per e-mail aan het e-mailadres dat door het lid voor dit doel is opgegeven, waarbij geldt dat het lid uitdrukkelijk heeft ingestemd om zodanige berichten langs deze weg te ontvangen.
  4. Onder terinzagelegging wordt (mede) verstaan: toegankelijk maken voor de leden op de website of enig andere via een elektronisch communicatiemiddel te bereiken plaats van de vereniging.
  5. Onder bijeenkomst of vergadering wordt verstaan een bijeenzijn van meerdere personen die met elkaar spreken.